Vlechtrand van touw

1

voorbereiding, materiaal en gereedschap

0  1  2  3  4  5  6  7 
 

WERKBLAD

Het werkblad waarop je de vlecht gaat maken kun je downloaden via pagina 7.
De netto lengte van het (enkelvoudige) patroon is ± 465 cm. Voor het verwerken wordt 5 m aangehouden. <



 

MATERIAAL

In deze uitleg wordt gebruik gemaakt van gevochten katoenkoord. Het is mooi materiaal en werkt prettig. Ook koord van andere gevlochten materiaal is natuurlijk bruikbaar. In plaats van gevlochten koord is ook geslagen touw, bijvoorbeeld van hennep, toepasbaar. En met wat fantasie vind je nog wel meer bruikbaar materiaal. Belangrijk is wel dat het soepel is, dik 3 mm en een lengte van 10 m heeft voor een dubbele vlecht met open structuur. Onderstaand nog een paar varianten.



 

Koord 3 mm, vlecht verdubbeld.
Benodigde lengte 10 m.
Begin met 5 m, dus in het midden van de 10 m.
Werkt makkelijk.
Resultaat heeft een open structuur, waardoor de kleur van de achtergrond ook zichtbaar is.

 

Koord 3 mm, vlecht drievoudig.
Benodigde lengte 15 m.
Begin met 5 m, dus met 1/3 van de 15 m.
Het doorsteken van de 3e rondgang is te doen, maar gaat niet zo makkelijk als de eerste twee rondgangen.
Resultaat een gesloten structuur.

 

Koord 4 mm, vlecht verdubbeld.
Benodigde lengte 10 m.
Begin met 5 m, dus in het midden van de 10 m.
Het vlechten gaat wat lastiger dan bij 3 mm en de verdubbeling uiteraard ook.
Resultaat een wat grove, vrijwel gesloten structuur.
Met koord dikker dan 4 mm is de vlecht niet te verdubbelen.

 

Parakoord 3 mm, vlecht verdubbeld.
Benodigde lengte 10 m.
Begin met 5 m, dus in het midden van de 10 m.
Is heel spoepel en werkt makkelijk.
Met parakoord van 3 mm krijg je bij een verdubbeling al een dichte structuur. Dat komt door de samenstelling van dit koord, waarbij de kern geen vaste ronde vorm heeft. Het koord valt plat en is dan breder.





 

WERKBORD en SPELDEN

Het werkblad moet op een werkbord liggen, waar spelden in gestoken worden om het koord vast te zetten tijdens het maken. Dat werkbord moet dan wel ten minste zo dik zijn dat de spelden er aan de onderkant niet door steken.

Tempex, ook bekend als piepschuim, is in platen verkrijgbaar in bouwmarkten, maar dan moet je waarschijnlijk een groot pak kopen. Soms vind je het ook als verpakkingsmateriaal, maar dan meestal in kleine stukken.

Spelden zijn er makkelijk in te steken, maar blijven niet op hun plek bij het vlechten. Dat is op te lossen door er een laag golfkarton of vilt op te leggen.

 

Een werkbord van stevig schuim werkt het best, zoals bijvoorbeeld van PE-schuim. Daar overheen een lap stof of vilt is niet perse nodig, maar werkt wel lekker.

 

Maar als je bovengenoemde materialen niet hebt kan het ook met glofkarton. Kleine dozen zijn veelal wel bij een supermarkt te halen. Bijvoorbeeld dozen waar flessen in hebben gezeten. Dat karton is niet te hard om spelden door te steken.

 

Snij uit de dozen platen van ± 24 x 34 cm. Groter mag ook.
Bijvoorkeur niet alle platen in dezelfde richting van de golf in het karton. Het werkbord wordt steviger als een deel van de platen gekruist op elkaar komen, zoals dat ook in hout bij multiplex met de fineerlagen wordt gedaan.

 

Bind de kartonnen platen met twee touwen bij elkaar.




 

Voor het vastpinnen van het koord zijn ongeveer 90 glasknopspelden nodig. Koop wel goed spelden. Goedkope spelden kan ook, maar daarvan zijn de punten soms niet scherp en dat werkt lastig.

Tijdens het maken van de vlecht moet je alle spelden makkelijk kunnen pakken. Steek ze buiten het werkblad in de rand van het werkbord of in een speldenkussen.

Een eenvoudig, maar goed werkbaar speldenkussen, is een plaatje tempex met daaronder een plankje of stevig karton geplakt. Die onderkant is nodig om te voorkomen dat de spelden door het kussen steken.

 

VLECHTNAALD

Om het koord makkelijk onderdoor te halen is een kromme naald nodig.

 

Die is eenvoudig te maken uit een stukje elektradraad, maar ook ijzerdraad of een grote paperclip zijn bruikbaar.

Als voorbeeld een stukje koper elektradraad waar de isolatie vanaf is gestript. Stukje van 13 cm en dat dubbel buigen, voor een naald van 6 cm.

 

Dan rond buigen en is dit je naald.

 

Het afgeknipte draad ziet er zo uit, nog al scherphoekig.

 

Vijl die scherpe hoekjes er af. Dat is niet nodig voor het doorsteken van de naald, maar wel heel handig als je een stuk van je werk weer moet uithalen! Want houd er maar rekening mee dat je wel eens een keer in de fout kan gaan en dan deels opnieuw moet beginnen.

 

Een laatste perfectie van je naald is om de puntjes nog wat naar binnen te buigen, waardoor ze in het koord steken.

 

De naald wordt met plakband aan het koord vast gemaakt.

Draai het koord een stukje strak in het plakband.

 

Vervolgens leg je de naald erop..

 

en draai je het plakband strak om de naald.

 

Het resultaat.
De bovenste is de versie van koperdraad en de onderste uit een grote paperclip.

 

Als je toch bezig bent, maak dan twee naalden, waarmee je aan beide einden van het koord een naald hebt.

 

Leg het werkblad op het werkbord.

Verdeel je koord in twee delen. Het deel dat je nog niet gebruikt op een bosje en vastprikken aan de zijkant van je werkbord .

Klaar om te starten.

© theo

 
/\ top      www.knoopenzo.nl